Sluiten
email public shopping_cart 0
Selecteer winkelwagen

Er bevinden zich al producten in de winkelwagen van uw gebruikersaccount. Welke winkelwagen wilt u bewaren?

WEIGHTRAC: meting van massastroom op de transportband door middel van radiometrie

Bij de radiometrische meting zendt een isotoop gebundelde gammastralen uit. De sensor aan de tegenover liggende zijde van de transportband ontvangt de straling. De scintillator van de sensor zet de gammastraling om in signalen, waarvan het aantal wordt gedetecteerd en geëvalueerd. Omdat gammastralen bij het doordringen van materie worden afgezwakt, kan de sensor aan de hand van de intensiteitsverandering de massastroom berekenen.

De voordelen

  • Slijtage- en onderhoudsvrij, want contactloze meting
  • Exacte bepaling van het debiet van vaste stoffen door eenvoudige inbedrijfstelling
  • Eenvoudige installatie van de frameconstructie op de Transportband

Stap voor stap naar de juiste sensor

Wat wilt u meten?

{{selection.Description}}

Productcatalogus
Continue niveaumeting
Niveaudetectie
Druk
Interface
Dichtheid
Debiet
Verschildruk Radiometrie
Signaalverwerkingseenheid
Accessoires en onderdelen
Producten
Functie
PRO
WEIGHTRAC 31

WEIGHTRAC 31

Doorstroommeting

Productdetails
PRO
MINITRAC 31

MINITRAC 31

Puntvormige detector

Productdetails
Vaste stoffen

Functie

Bij de radiometrische meting zendt een isotoop gammastralen uit. De sensor aan de tegenover liggende zijde van de transportband ontvangt de straling. De detector van de sensor zet de gammastraling om in signalen, waarvan het aantal wordt gedetecteerd en geëvalueerd.

Model

Montage

Aan de ene kant van de tank wordt de radioactieve bron bevestigd en aan de tegenover liggende zijde de detector. U kunt de WEIGHTRAC 31 vanaf beide zijden in het meetframe schuiven en monteren.

Aansluiting

Voor de voedingsspanning moet een drieaderige installatiekabel met aardingsgeleider worden gebruikt. De 4 … 20 mA-stroomuitgang wordt met een standaard tweeaderige kabel aangesloten.

Inbedrijfname

Vanwege het meetprincipe is er geen lineaire relatie tussen de pulsfrequentie en het niveau. Daarom moet er in ieder geval een afregeling plaatsvinden.